‘Hallo? Ik hoorde geen biep. Ik hoop maar dat mijn boodschap goed overkomt…’
Met ‘Hier’ maakte de Amerikaanse tekenaar en muzikant Richard McGuire een bedrieglijk eenvoudig stripboek over de kronkelwegen van de taal. Zijn strip vraagt om een vertaling die vrijmoedig dwaalt tussen woord en beeld, meent vertaler en stripliefhebber Toon Dohmen.
Grondvesten
Terug bij mijn gastgezin sloeg ik de nieuwe aanwinst vol verwachting open. Spiegelman en Mouly stelden andermaal niet teleur. Het nieuwe hoofdstuk van Maus scheurde mijn morele voorstellingsvermogen opnieuw volledig aan flarden. Wat was het bizar om de afgrijselijke herinneringen aan de verbrandingsovens uit het vernietigingskamp van Spiegelmans ouders afgedrukt te zien naast de gelikte horrorpastiches van Charles Burns, de absurde grappen van Kamagurka en Herr Seele en de maniakaal in schaafkarton gekraste schoolherinneringen van Pascal Doury. Met de RAW in mijn handen transformeerde het Amerikaanse slaapstadje waar ik verbleef tot een veilige haven aan de kust van een kolkende historische oceaan, die zicht bood op overweldigende en zelfs onvoorstelbare ervaringen. Wat was dit voor een wereld? Hoe konden die woorden en beelden mijn beschermde scholierenbestaan zo op zijn grondvesten doen schudden?
Geduldig
Te midden van al het visuele geweld in RAW vielen zes ingetogen getekende pagina’s uit de toon. Ze grepen de lezer niet – zoals de meeste andere bijdragen aan het blad – bij de keel, maar leken geduldig op aandacht te wachten: het was de embryonale versie van Hier, een korte strip, die Richard McGuire pas vijfentwintig jaar later zou uitwerken tot een monumentale reflectie op de ervaringscategorieën van ruimte en tijd.1 Uitgerekend dat bescheiden rustpunt in RAW bleek de ontregelende realiteit die sprak uit de andere strips in perspectief te kunnen plaatsen. Hier toonde de geschiedenis van een hoek van een kamer in een woonhuis door de millennia heen, rijkelijk voorzien van tientallen jaaraanduidingen, en gelardeerd met beelden van sluipende katten, jonge ouders in verwachting, spelende kinderen en het openslaan van de ochtendkrant. De strip liet zich kraakhelder lezen, maar stelde met zijn telescopische hinkstapsprongen in de tijd tegelijk de andere bijdragen aan RAW in zijn schaduw. Hier vertelde geen afgerond verhaal, met duidelijke personages die tragische, komische, herkenbare of aangrijpende dingen meemaakten, maar zette de mogelijkheid van het vertellen van verhalen zélf tussen haakjes. Met zijn alledaagse beelden mikte Richard McGuire op universeler waarheden.
Symfonie
De boekversie van Hier is ruwweg vijftig keer zo lang als de oerversie van de strip die in RAW verscheen. Richard McGuire heeft, zoals gezegd, ruim de tijd genomen om zijn reeks variaties op een thema maximaal uit te bouwen. De korte strip uit 1989 verhoudt zich tot de boekversie van nu als een pianosonate tot een voldragen symfonie, in de rake bewoordingen van stripmaker Chris Ware. Nog altijd hamert McGuire op de vraag of taal eigenlijk wel zo geschikt is om mee te communiceren, maar ditmaal vormen zijn narratieve schijnbewegingen geen elegante dans, eerder een uitdagende marathon. Om de uitputtingsslag in vertaling tot een goed einde te brengen, bleek het al gauw nodig om een uitgekiende vertaalstrategie te hanteren. Met alleen de handhaving van de verbale equivalentie tussen bron- en doeltekst kreeg je als vertaler al meteen de eerste kilometers ontmoedigende steken in de zij. Gaandeweg de vertaling kwamen maar liefst zeven niveaus van equivalentie voorbij, die aandacht vroegen om de Nederlandse vertaling van Hier tot net zo’n stripgenieke ervaring te maken als het Amerikaanse boek Here (zie kader, TD).2 De eerste equivalentieniveaus spelen bij de vertaling van veel strips een rol, vooral waar het gaat om de wisselwerking tussen tekst en beeld; andere zijn heel specifiek voor Hier. Ik licht die niveaus hieronder graag toe.
Zeven niveaus van equivalentie ten behoeve van de stripgenieke vertaalstrategie voor Hier:
- verbaal niveau: betekenis, associatie en klank (zoals bij elke literaire vertaling)
- visueel niveau: relatie tussen tekst en beeld
- plaatniveau: consistentie leesvolgorde per stripplaat
- stripniveau: samenhang tussen de dubbele stripplaten, die de lezer verleidt om de pagina’s te blijven omslaan
- intertekstueel niveau: relaties tussen identieke teksten in het boek Hier en de korte oerversie van de strip
- ballonniveau: vertaalde teksten die passen in de beperkte ruimte van de tekstballon
- multimediaal niveau: consistentie van de vertaling in relatie tot het interactieve e-boek van Hier en de gelijknamige expositie die op het boek is gebaseerd
Visuele equivalentie
Voor een overtuigende vertaling van McGuires boek was het noodzakelijk ook de korte strip uit RAW te vertalen. De auteur borduurde niet voor niets voort op een thema. Daarover straks meer. Het meest treffende voorbeeld van visuele equivalentie, begrepen als de handhaving van de stripgenieke relatie tussen woord en beeld, komt uit de korte strip in RAW. Het gaat om één stripplaatje dat bestaat uit drie ‘subplaatjes’. Het grootste subplaatje toont een stilleven met de stronk van een onlangs gekapte boom. Linksboven ‘in’ dat stilleven maant een volwassen vrouw: ‘Billy, put that back!’ In het kleinste subplaatje, rechtsonder, legt een jongen beteuterd een koekje terug op de schaal. Een verbaal equivalente vertaling zou volstaan met: ‘Billy, leg dat terug!’ Probleem is echter dat de beeldgrap die impliceert dat Billy met zijn tengels van die boom moest afblijven dan niet langer overkomt. In het Nederlands is ‘die boom’ of ‘die kettingzaag’ nu eenmaal niet ‘dat koekje’. Vandaar dat een visueel equivalente vertaling een verbale slalom om boom, kettingzaag en koekje noodzakelijk maakte: ‘Billy, afblijven, zei ik!’
Plaatequivalentie
Zijn de relaties tussen tekst en beeld binnen een enkel plaatje in orde, meteen daarna volgt de relatie van dat plaatje tot de andere plaatjes op de pagina, evenals de relatie van die pagina tot de teksten en beelden op pagina ernaast. In het Frans heet zo’n strippagina een planche en dat is onder stripliefhebbers inmiddels de ingeburgerde term: de basiseenheid van het stripverhaal bestaat uit twee ‘stripplaten’ naast elkaar.3 In de boekversie van Hier komen twee platen naast elkaar voor die spelen tijdens een feestje in 1971. Een van de gasten is in een jolige bui (hij vertelde op de twee voorgaande platen een mop) en vraagt een feestganger die rechts naast hem staat: ‘I thought you said goat?’ Op zich lijkt die vraag totaal ongerijmd, want op dit feestje zijn, zoals op de meeste feestjes, geen geiten te gast. Links naast de jolige man staat een vrouw die opmerkt: ‘I missed the punchline!’ Haar opmerking sluit naadloos aan bij het subplaatje links naast haar, dat een man toont die in 1990 een achttiende-eeuws kostuum heeft aangetrokken en verbaasd vraagt: ‘What’s so funny?’ De eerder genoemde ‘goat’ is alleen in de context van de stripplaten naast elkaar te begrijpen: het subplaatje rechts naast de jolige man op het feestje in 1971 toont namelijk andermaal een tafereel van een verkleedpartij uit 1990. Daarop vraagt een meisje: ‘Who said that?’ De jongen rechts naast haar zegt: ‘Ben[jamin] Franklin, I think.’ Voor hen staat een gestalte die met een lang wit laken verkleed gaat als spook, in precies dezelfde pose als de achttiende-eeuws verklede man twee plaatjes links van hem. Om de plaatequivalentie te behouden en de hele woord-beeldsequentie op beide platen begrijpelijk te houden, klinkt de vraag naar de ‘goat’ van de jolige man opeens logisch als ‘ghost’. Een stripgenieke vertaling van zijn vraag wordt dan: ‘Ik dacht dat je “pook” zei.’ Op de feestjes in Hier blijken spoken namelijk welkome gasten.
Stripniveau
Het spook van Benjamin Franklin is nog maar het begin. Want Richard McGuire rekt de codes van het stripverhaal – en bij uitbreiding: van de taal – nog veel verder op. De stripplaten moeten niet alleen soepel in elkaar overlopen, ze dienen daarnaast tevens als opeenvolgende tweetallen geloofwaardig te blijven. Dat speelt in Hier wanneer McGuire het werkwoord ‘to lose’ gebruikt om vijf dubbele stripplaten, dus tien boekpagina’s in totaal, soepel in elkaar te laten overlopen. De Engelse teksten op die pagina’s luiden als volgt: ‘Oh my god!! / Did you lose something? // I lost my wallet / I must have left the umbrella somewhere. / I think I’m losing my mind. // Then I lost my self control. / Have you seen my keys? I put them down and then poof, they were gone. / Where the hell is the car? // Lost dog… / I am losing my eyesight. / I can’t see a thing without my reading glasses. // What was that? Did you say log? I’m losing my hearing. / Shit, I lost an earring.’4
Voor alle duidelijkheid: deze teksten klinken volstrekt helder voor de Engelstalige lezer die bedenkt dat verschillende mensen ze op verschillende momenten in de geschiedenis uitspraken in dezelfde hoek van de kamer, die Richard McGuire opvoert als de eigenlijke hoofdpersoon van Hier. De grote moeilijkheid voor een stripgenieke Nederlandse vertaling doet zich al meteen voor bij de eerste vraag, gesteld door een vrouw in 1960: ‘Did you lose something?’ Als je dat vertaalt met ‘Ben je iets kwijt?’, is de vertaling niet plaatequivalent. Want de vraag houdt direct verband met het grote plaatje dat links naast de vragende vrouw wordt getoond: een man die – nota bene al bijna meteen in de openingsscène – letterlijk sterft van het lachen. ‘He lost his life’, dus eigenlijk, maar in het Nederlands zijn ter plekke gestorven mensen doorgaans niet ‘hun leven kwijt’ en ‘het leven verliezen’ is hier te formeel. Bovendien luidt de vraag van de vrouw uit 1960 de rest van de ‘lost’-sequentie in. De bedoeling van haar vraag is dat de lezer benieuwd de pagina omslaat: altijd een sleutelmoment in strips.5 Vandaar dat ik ervoor heb gekozen om de ‘verloren’-sequentie resoluut in te korten, door de vrouw in 1960 kortweg, met gevoel voor understatement, te laten vragen: ‘Is er iets?’ Want dát wil de Nederlandstalige lezer vast ook wel weten? Waarna de Nederlandse vertaling hopelijk stripgeniek genoeg vervolgt met: ‘Ik ben mijn portemonnee kwijt. / Ik moet die paraplu toch ergens gelaten hebben. / Ik kan er niet meer bij. // En toen verloor ik mijn zelfbeheersing. / Heb je mijn sleutels gezien? Ik legde ze neer en toen, poef, waren ze verdwenen. / Verdomme, waar staat die auto? // Hond vermist… / Ik zie steeds minder. / Ik zie niets meer zonder mijn leesbril. // Hè, wat? Mist, zei je? / Ik hoor steeds slechter. / Shit, ik mis een oorbel.’ De bruggetjes tussen ‘Ik zie steeds minder’ en ‘Ik hoor steeds slechter’ zijn daarbij ook typische Nederlandse equivalenten op stripniveau, want beide zinnen worden op opeenvolgende dubbele stripplaten uitgesproken door oude vrouwen in close-up.
Intertekstueel niveau
Komt daarmee de finish van de equivalentie-marathon van Hier in zicht? Bijna. Maar nog niet helemaal. De oer-versie van Hier in RAW verwierf al snel een cultstatus. Richard McGuire had met zijn vormexperiment in 1989 een nieuwe goudader in het stripmedium aangeboord, zo schrijft de al eerder aangehaalde Chris Ware in 2014 in een stuk in The Guardian. McGuires jongere collega weet zelfs nog precies in welke hoek van zijn Texaanse studentenkamer hij McGuires korte strip voor het eerst las. Chris Ware was bepaald niet de enige. Heel wat lezers van RAW hebben met hem het betreffende nummer van RAW dankbaar bewaard en weten dus nog, al dan niet bewust, dat de teksten ‘Squeak!’ en ‘Who’s a chicken!’ daarin stripgeniek effect sorteerden. McGuire citeert ze vijfentwintig jaar later liefdevol in zijn boek. De Nederlandse vertaling van die teksten in het boek Hier moest, als het even kon, dus ook intertekstueel equivalent zijn: eensluidend in zowel de Nederlandse vertaling van het boek als van de korte strip. Iets dergelijks komt in andere strips ook voor. Denk aan de legendarische vertaling van Obelix’ verzuchting ‘Rare jongens, die Romeinen!’ (‘Ils sont fous, ces Romains!’) Die zou in de nog altijd lopende reeks Asterix de vertaler nog wel eens voor forse intertekstuele hoofdbrekens kunnen plaatsen als de vrolijke Galliërs ooit nog eens een stel rare vrouwelijke Romeinen tegen het lijf gaan lopen?
Overige equivalenties
De marathon is nog altijd niet helemaal gelopen. Wel komt inmiddels de eindstreep in zicht. Want een van de belangrijkste equivalenties bij de vertaling van een stripboek als Hier spreekt zozeer vanzelf dat die bijna een grap lijkt: de tekst moet in de tekstballonnetjes passen. Hoe vanzelfsprekend kan een evidentie zijn?6 Wie een strip vertaalt, probeert bijna per definitie bondiger te vertalen dan de brontekst. Anders krijg je na inlevering van de vertaling geheid een bezorgde letteraar aan de lijn: ‘Prima vertaling, hoor, maar hij past niet in de tekstballon.’ Dan is korter al gauw beter, en dat was bij Hier niet anders.
In theorie speelde bij de vertaling van Hier nog een laatste moeilijkheid: de multimediale equivalentie. De Amerikaanse editie van het boek ging gepaard met de publicatie van een gelijknamig, interactief e-boek. Daarnaast stelde de auteur een eigenzinnige expositie over zijn boek samen, die onder meer in New York en Parijs te zien was.7 De Nederlandse uitgever was echter niet van plan om het e-boek op korte termijn te vertalen en ook de expositie zal hier voorlopig niet te zien zijn, dus heb ik de multimediale equivalentie links laten liggen. De vertaalklus leverde nu al meer dan voldoende hoofdbrekens op.
Communiceren?
Oef, hiermee hebben we de marathon tot een goed einde gebracht. Tijd om eens flink uit te hijgen. En om nog een laatste keer terug te blikken op de kronkelwegen waarover Richard McGuire ons heeft meegevoerd. Want waar was het de stripmaker allemaal om begonnen? Mijn stellige indruk is: om fundamentele vraagtekens te plaatsen bij de taal. Niet toevallig stapelt hij in het boek Hier het ene misverstand op de andere verspreking. Zo valt het de verklede mensen op een van de feestjes (in 1975) in Hier opvallend zwaar elkaar te begrijpen. Zegt een als ijsbeer verklede man (?) tegen zijn vrouwelijke gesprekspartner: ‘Boob lasers?’ Zij antwoordt koeltjes: ‘I said blue blazers!’ Pijnlijk. Zo direct dient seksuele belangstelling niet te worden geuit – zelfs niet op feestjes. Verbale equivalentie leverde bij dit plaatje al genoeg hoofdbrekens op. Een goede Nederlandse vertaling moest: 1) hetzelfde klinken, 2) een seksuele toespeling impliceren, 3) geloofwaardig zijn als een ‘onschuldige’ opmerking tijdens een feestje, 4) liefst ook nog een technologische of futuristische associatie inhouden. Wat had ik graag een vergelijkbare inval gehad als mijn Franse collega, Isabelle Troin: ‘Des seins animés?’/ ‘J’ai dit: “Dessins animés”!’ De la classe! Het is mij niet vergund geweest: ik kwam na weken peinzen en ploeteren niet verder dan: ‘Hete gleuf?’ / ‘Ik zei: “Hele kluif”!’ De vertaling van deze freudiaanse verspreking staat voor mij, moet ik hier verzuchten, nog altijd gelijk aan de rocket science van hogere wiskunde.8 Maar volgens mij raakt ze wel, zij het mogelijk iets minder subtiel, de kern van Hier. Want ik acht het geen toeval dat Richard McGuire iets verderop twee toevallige bezoekers van de kamer onverwacht een tijdje alleen achterlaat: een jongen en een meisje in de leeftijd waarin de hormonen hun aanwezigheid inmiddels luid en duidelijk kenbaar hebben gemaakt. Er valt een ongemakkelijke stilte. Om de stilte te doorbreken zegt hij: ‘You have a little fuzzy thing on your chin.’ ‘Oh,’ reageert zij gegeneerd: ‘You found my imperfection.’ Opnieuw de ongemakkelijke stilte. Dan probeert zij de situatie te redden: ‘I like your T-shirt.’ Hij: ‘Oh, uh, thanks.’ In mijn ogen is het een hoopgevend tafereel: een jong stel dat dapper zijn weg zoekt op de kronkelwegen van de taal. Of de twee elkaar ooit echt zullen begrijpen? Wat als ze zich noodgedwongen moeten behelpen met goedbedoelde keelklanken en warme gebaren? Onderstreept Richard McGuire hier niet fijntjes een troostrijke gedachte: die van de liefde als een gelukkig misverstand?9
Gepubliceerd in: Filter 22:2 (2015)
Met dank aan: Sigge Stegeman en Anne Colenbrander
Noten
De Nederlandse vertaling van de embryonale versie van Hier staat afgedrukt in Stripgids 43 (2015).
Het woord stripgeniek is afgeleid van de term mediageniek (vgl. fotogeniek): een kwaliteit die het wezen van een cultureel medium vormt en zich niet in andere media laat uitdrukken – hooguit benaderen. Het is datgene wat het stripverhaal specifiek tot stripverhaal maakt. Ik heb momenteel een essayreeks over het stripgenieke in voorbereiding.
De twee stripplaten naast elkaar vormen de basiseenheid van visuele informatie die de lezer na het omslaan van een pagina in een flits overziet.
Mijn cursivering; ‘/’ duidt op het onderscheid tussen de ene tekstballon en de andere, ‘//’ op de overgang van twee stripplaten naar de volgende twee.
Rechtsonder aan de voorzijde van een rechterstrippagina staat dan ook doorgaans een grote of kleine cliffhanger, die de lezer tot het omslaan van de bladzijde moet verleiden.
In theorie kan de vertaler de strip zelf ook letteren, zoals ik bijvoorbeeld bij Persepolis van Marjane Satrapi heb gedaan. Dan kun je in Photoshop de tekstballonnen desgewenst wat rekken en strekken, hoewel dat dan wel ten koste gaat van de ruimte voor het overige beeld. Zeker bij vertalingen uit een relatief compacte brontaal als het Engels is puzzelen geboden om de Nederlandse vertaling net zo bondig te maken als de brontekst.
Expositie ‘From Here to Here: Richard McGuire Makes a Book’, onder meer te zien geweest in: Morgan Library in New York, okt. 2014, en Galerie Martel in Parijs, feb.-mrt. 2015.
Tijdens een workshop stripvertalen van de KU Leuven in februari 2018 kwam een van de deelnemers, Rowald Pruijn, met de vondst: ‘Lasertieten?’ / ‘Ik zei: “Lezerstype”!’. Hogere wiskunde, die ik in een toekomstige herdruk van Hier graag zou overnemen.
Voor wie deze lezing van Hier te optimistisch is: eerder in zijn boek tekent de auteur in de hoek van zijn kamer een tv die toont hoe de zon over acht miljoen jaar zal opzwellen tot een ‘stervende’ ster en elk leven op aarde onmogelijk zal maken. Een meisje merkt opgelucht op: ‘Glad I won’t be around for that!
Bibliografie
McGuire, Richard, 1989, ‘Here’, in: RAW, vol. 2 no. 1. New York: Penguin Books, p. 69-74.
McGuire, Richard, 2014, Here. Londen: Hamish Hamilton, vertaald door Isabelle Troin als Ici, 2015, Parijs: Gallimard, en vertaald door Toon Dohmen als Hier, 2015, Amsterdam: De Bezige Bij.
Ware, Chris, 2014, ‘Chris Ware on Here by Richard McGuire – A Game-changing Graphic Novel’, in: The Guardian, 17-12-2014.
Spreekt deze tekst je aan? Dan lees je mogelijk ook graag: