Inspirerende beschouwingen over vrijheid van de auteur van onder meer Over tirannie, De weg naar onvrijheid en Bloedlanden. Geschreven na een ziekbed dat hem bijna fataal werd. Het maakt Snyders gedachten zo mogelijk nóg urgenter. Of zoals hijzelf schrijft: ‘Als ik het allerergste aan het papier kan toevertrouwen, kan ik dan niet ook het beste op papier zetten?’
(Vertaling van On Freedom voor Balans, 2024; i.s.m. Janine van der Kooij)
Citaten uit de pers
‘Sterk pleidooi voor een progressief idee van vrijheid. De toonaangevende Amerikaanse historicus Timothy Snyder, kenner van Oost-Europa, maakt zich sterk voor een progressieve invulling van het idee van vrijheid in een inspirerend boek. (…) Zijn eigen leven neemt hij als rode draad, dat begon op het platteland van Ohio. Hij hangt zijn verhaal op aan anekdotes over zijn ervaringen in Europa, aan filosofische bespiegelingen over honkbalsessies met zijn dochter, de keer dat hij in het ziekenhuis bijna stierf aan sepsis. [Snyder leert ook] van de dissidenten en denkers uit Centraal- en Oost-Europa, als Simone Weil en Edith Stein, Václav Havel en Adam Michnik. (…) Zijn fans zullen een aantal stokpaardjes en concepten uit zijn eerdere boeken herkennen. Soms waaiert hij wel erg uit [en] sommige ideeën zijn minder origineel dan andere. (…) Maar het is het hele bouwwerk dat het boek bijzonder maakt, meer dan de afzonderlijke steentjes. [Snyders] boek is in zijn oprechtheid ontroerend. Wie een cerebrale uiteenzetting over vrijheid wil lezen, schoongeveegd van het bloed en de modder dat kleeft aan het leven in deze wereld, moet een ander boek pakken. Wie voor de crises van deze tijd een echt radicaal actieplan wil, kan ook beter doorlopen. Maar wie geïnspireerd wil worden, kan altijd bij Snyder terecht.’ Eva Peek in NRC Handelsblad
‘Alleen samen kun je vrij zijn, ziet schrijver Timothy Snyder. [Over vrijheid] is urgent, onheilspellend én inspirerend. Dat laatste zit ’m onder andere in de vorm: het heeft iets van een rapsodie, een heel vrije, muzikale vorm, open, grillig en associatief. Een lied, meer dan een theorie. Persoonlijke herinneringen worden afgewisseld met filosofische concepten – het gaat over de ouders van Zelensky, honkbal, Edith Stein, lokale journalistiek, Plato, de oorlog in Oekraïne, onvoorspelbaarheid, Havel, jonge zwarte Amerikaanse mannen in de gevangenis – om een indruk te geven van de verscheidenheid.’ Lex Bohlmeijer op DeCorrespondent.nl (beluister hier zijn podcastinterview met Snyder, inclusief muzikale aandacht voor de curieuze ontstaansgeschiedenis van de rock-‘n-rollklassieker ‘Louie Louie’ die Snyder aanstipt in Over vrijheid)
‘Snyder heeft een heerlijk boek geschreven. Het leest niet altijd gemakkelijk weg: soms is hij meer bezig met het ordenen van zijn gedachten dan met de presentatie ervan aan de lezer. Maar dat is een kleinigheid, vergeleken met de filosofische urgentie die van [Over vrijheid] afspat: hier is een denker aan het werk met een pen als een zwaard.’ Florian Jacobs in iFilosofie, tijdschrift van de ISVW
‘Een zoektocht naar de betekenis van vrijheid in deze moeilijke tijden.’ Volodymyr Zelensky
‘Een must-read.’ Thomas Piketty
‘Iedereen die geeft om vrijheid moet dit boek lezen.’ Anne Applebaum
Bij het vertalen van On Freedom van Timothy Snyder (website van Athenaeum, nov. 2024)
Inspiratie
Tijdens het werk aan Over vrijheid heb ik dankbaar inspiratie geput uit deze nET eCHT media. Daarnaast heb ik deze vertaling mede kunnen maken dankzij een projectsubsidie van het Nederlands Letterenfonds.
Leesfragment
‘En, wat vind je ervan?’ vroeg Maria glimlachend in haar fleurige jurk terwijl ik bukkend door de deuropening van haar opgeruimde stulpje naar buiten kwam, terug het zonlicht in, terug naar het puin. ‘Kan het er een beetje mee door?’ Dat kon het. Haar tapijten en kleedjes, die ze in fraaie rechte rijen had neergelegd, deden denken aan Oekraïense futuristische kunst. De kabels naar haar generator waren netjes samengebonden en er stonden waterflessen binnen handbereik. Op haar bed lag een dik boek opengeslagen.
Voor haar metalen onderkomen, een tijdelijke woning die beschikbaar was gesteld door een internationale organisatie, hingen wollen truien aan een lijn te drogen. Op een bankje rustte een fraai bewerkte, met vilt beklede houten lade, als een soort geopende doos van Pandora. Toen ik haar ermee complimenteerde, bood ze me die aan als geschenk. Het was een van de weinige aandenkens aan haar huis, recht voor ons, waarvan na de bombardementen enkel nog een ruïne resteerde. Ze keek ongerust omhoog naar een naderend vliegtuig. ‘Het is allemaal gebeurd,’ zuchtte ze, ‘terwijl het nergens voor nodig was.’
Net als alle andere huizen in het dorp was dat van Maria verwoest tijdens de Russische inval in Oekraïne. Posad-Pokrovske, diep in het zuiden van het land, lag op een plek waar de Russische opmars was gestuit. De nederzetting is omgeven door velden met zonnebloemen in dit vruchtbare gebied. Het Oekraïense leger wist de Russen eind 2022 tot buiten schootsafstand terug te dringen, waardoor Posad-Pokrovske veilig genoeg werd om ernaar terug te keren, of om het te bezoeken, zoals ik nu doe, in september 2023. Terwijl ik op het bankje plaatsneem en naar Maria luister, denk ik na over vrijheid. Het dorp is bevrijd, zou je kunnen zeggen. Zijn de dorpsbewoners vrij?
Zeker is dat er een vreselijke last van Maria’s schouders is weggenomen: de dagelijkse dreiging van een gewelddadige dood, een bezetting door folteraars en moordenaars. Maar of dat, zelfs dat, een bevrijding is?
Maria is vijfentachtig en woont alleen. Nu ze beschikt over haar kleine, verzorgde onderkomen is ze beslist vrijer dan toen ze dakloos was. Dat komt doordat familieleden en vrijwilligers haar te hulp schoten. En omdat er een regering tot actie overging, eentje waarmee ze zich verbonden voelt omdat ze haar stem heeft uitgebracht. Maria beklaagt zichzelf niet over haar lot. Huilen doet ze pas wanneer ze praat over de lastige uitdagingen waarvoor haar president zich gesteld ziet.
Het Oekraïense werkwoord ‘ontzetten’, dat zij en ik gebruiken om het beëindigen van de bezetting te beschrijven, is preciezer dan het conventionele ‘bevrijden’. Het vraagt ons te bedenken wat vrijheid zoal vereist, naast het wegnemen van onderdrukking. Tenslotte zijn er inspanningen voor nodig om een oudere vrouw in de gelegenheid te stellen gasten met een zekere waardigheid te ontvangen. Ik kan me maar moeilijk voorstellen hoe Maria echt vrij kan zijn zonder een fatsoenlijk onderkomen met een stoel en zonder een begaanbaar pad voor haar looprek.
Vrijheid is niet alleen de afwezigheid van het kwade, maar de aanwezigheid van het goede.
Het zuiden van Oekraïne bestaat uit steppeland, het noorden uit bossen. Toen ik een ‘ontzet’ stadje in het noorden van het land bezocht, kwamen soortgelijke gedachten over vrijheid bij me op. Nadat ik mijn kinderen had afgezet bij fijne scholen in New Haven, Connecticut, was ik afgereisd naar een verlaten schoolgebouw in Jahidne, dat door de Russische bezetters was veranderd in een klein concentratiekamp. Het grootste deel van de tijd dat ze het dorp bezet hielden persten de Russen driehonderdvijftig burgers, alle inwoners, samen in de kelder van een school, een ruimte van nog geen 200 vierkante meter. Zeventig van de dorpelingen waren kinderen, de jongste een zuigeling.
Jahidne werd in april 2022 ontzet, en ik bezocht het stadje in september dat jaar. Op de benedenverdieping hadden de Russische soldaten al het meubilair kort en klein geslagen. Op de muren hadden ze ontmenselijkende opschriften over de Oekraïners achtergelaten. Er was geen elektriciteit. Bij het licht van mijn telefoon zocht ik me een weg naar de kelder en bekeek ik de kindertekeningen op de wanden. Ik kon lezen wat ze hadden geschreven (‘Nee tegen de oorlog’); mijn kinderen hielpen me later de afgebeelde figuren te herkennen (zoals een Imposter uit de game Among Us).
Naast een deurkozijn waren twee lijsten te vinden, met daarop de met krijt geschreven namen van mensen die waren omgekomen: aan de ene kant degenen die door de Russen waren terechtgesteld (zeventien in totaal als ik goed heb geteld), en aan de andere degenen die waren bezweken aan uitputting of ziekte (tien in totaal als ik goed heb geteld).
Tegen de tijd dat ik in Jahidne aankwam, zaten de overlevenden niet langer in de kelder. Waren ze vrij?
Bevrijding duidt op ellende die is verdreven. Maar de volwassenen hebben ondersteuning nodig, de kinderen een nieuwe school. Het is van het grootste belang dat het stadje niet langer bezet is. Maar het zou verkeerd zijn om het verhaal van Jahidne te laten eindigen met de overlevenden die weer bovengronds kwamen, net zoals het verkeerd zou zijn om het verhaal van Posad-Pokrovske te laten eindigen toen de bombardementen ophielden. De man aan wie de sleutel van de school van Posad-Pokrovske was toevertrouwd, vroeg om hulp bij het aanleggen van een speelplaats. Dit lijkt misschien een vreemde wens, zo midden in een vernietigende oorlog. De Russen vermoorden kinderen met behulp van raketten, en ontvoeren ze om ze te assimileren. Maar de afwezigheid van deze gruweldaden is niet genoeg; ‘ontzetting’ is niet genoeg. Kinderen hebben behoefte aan plekken om te spelen, rennen en zwemmen, om te oefenen hoe ze zichzelf kunnen zijn. Een kind kan geen parken of zwembaden aanleggen. De vreugde van de kinderjaren schuilt juist in het ontdekken dat er zulke plekken op de wereld bestaan. Het vraagt collectieve inspanningen om de structuren voor vrijheid op te bouwen, zowel voor jonge mensen als voor ouderen.
Ik kwam tijdens de oorlog naar Oekraïne, toen ik dit boek over vrijheid al aan het schrijven was. Het onderwerp ervan is hier tastbaar, overal om je heen. Een maand na de Russische inval in Oekraïne sprak ik enkele Oekraïense wetgevers: ‘We kozen voor de vrijheid door niet op de vlucht te slaan.’ ‘We vechten voor de vrijheid.’ ‘Vrijheid is zelf een keuze.’
En het waren niet alleen de politici. Wanneer ik in Oekraïne in oorlogstijd sprak met soldaten, weduwen en boeren, activisten en journalisten, hoorde ik het woord ‘vrijheid’ telkens weer terugkeren. Het was interessant te horen hoe ze het gebruikten. Je zou denken dat de Oekraïners in een tijd waarin een groot deel van hun land zucht onder een genocidale bezetting alle reden zouden hebben om het over vrijheid te hebben als een ‘bevrijding van’, als de afwezigheid van het kwaad. Maar niemand deed dat.
Wanneer ik vroeg wat ze met ‘vrijheid’ bedoelden, begon niet een van mijn gesprekspartners over vrij zijn van de Russen. Een Oekraïner zei tegen me: ‘Wanneer we “vrijheid” zeggen, bedoelen we niet dat we “ergens vrij van willen zijn”.’ Een ander beschreef de overwinning als ‘iets wat ergens goed voor is, geen afrekening met iets’. De bezetters blokkeerden het besef dat de wereld zich steeds meer opende, dat de volgende generatie het beter zou gaan krijgen, dat de gevolgen van besluiten die nu werden genomen nog jarenlang merkbaar zouden zijn.
Het was van het grootste belang de onderdrukking weg te nemen, om te veroveren wat filosofen ‘negatieve vrijheid’ noemen. Maar ‘ontzetting’, het wegnemen van iets schadelijks, was slechts een noodzakelijke voorwaarde voor vrijheid, niet het ding zelf. Een soldaat in een revalidatiecentrum vertelde me dat vrijheid betekende dat mensen na de oorlog de kans zouden krijgen om hun eigen plan te trekken. Een veteraan die wachtte op een prothese zei dat vrijheid voor hem gelijkstond aan een glimlach op het gezicht van zijn zoon. Een jonge soldaat met verlof zei dat vrijheid te maken had met de kinderen die hij graag wilde. Hun bevelhebber, Valeri Zaloezjny, vertelde me in zijn verborgen commandocentrum dat vrijheid gelijkstond aan een normaal leven met gunstige vooruitzichten.
Vrijheid was een toekomst waarin sommige dingen hetzelfde waren en andere dingen beter. Ze was groei en ontwikkeling, als het leven zelf.
In dit boek wil ik proberen vrijheid te definiëren. Daartoe moet het woord eerst worden gered van sleetsheid en misbruik. Het baart me zorgen dat we in mijn land, de Verenigde Staten, over vrijheid spreken zonder dat we ons afvragen wat dat precies is. Amerikanen denken dan vaak aan de afwezigheid van iets: van bezetting, van onderdrukking, van overheidsingrijpen zelfs. Een individu is vrij, zo denken we in Amerika, wanneer de overheid zich afzijdig houdt. Negatieve vrijheid staat voor ons gelijk aan gezond verstand.
Leesfragment Echtmedia.net. Copyright bij de auteur.
De uitgever over Over vrijheid
Spreekt Over vrijheid je aan? Dan lees je mogelijk ook graag: