Een generaal zonder macht is leuk. Een generaal mét macht niet. Op dit gegeven baseerde de vorig jaar overleden Peter de Smet dertig jaar stripgeschiedenis. ‘De Generaal’, ‘Viva Zapapa’ en De Smets andere hilarische strips worden bevolkt door antihelden die zich staande moeten houden in een krankzinnig universum, waar de running gag regeert.
Bij meerdere generaties lezers van stripbladen als ‘Pep’, ‘Eppo’, ‘Donald Duck’ en ‘Titanic’ brengt de naam Peter de Smet een gulle glimlach op de lippen. Zij herinneren zich nog levendig met welke verbazingwekkende vindingrijkheid De Smet varieerde op zijn vaste thema’s. Hoe hij de slungelige Generaal keer op keer vruchteloos naar de macht liet grijpen. Hoe hij de revolutionairen van ‘Viva Zapapa’ in plaats van de regering onveranderd zichzelf liet omverwerpen. Met zijn droogkomische vondsten kon Peter de Smet zijn lezers tot tranen toe aan het lachen krijgen.
De Smets voornaamste kracht lag in de herhaling. In zijn successtrip ‘De Generaal’ kon hij met het basisgegeven van de Generaal die de macht wilde veroveren alle kanten op. Zo creëerde hij met de jaren een uitdijende kring idioten om de Generaal heen, die zijn missie alleen maar hopelozer maakte. Er waren al de Maarschalk met zijn onneembare fort, de Professor met zijn overmatig geniale invallen en de motoragent Dreutel die als een goed ambtenaar aasde op zijn Roodkoperen Fluit van Verdienste. Later kwamen daar grote lichten bij als de evangeliserende EO-Brothers, de bevallige Truus en de immer demonstrerende Ayatollah (‘De wereld gaat aan strips ten onder’). Met deze gang of idiots kon de waanzin grote hoogten bereiken.
Maniakaal
Bij alle waanzin blijven De Smets personages onveranderd welsprekend. Bij voorkeur drukken zij zich uit in welluidende volzinnen. Niet dat deze welgevulde tekstballonnen hun leven er gemakkelijker op maken. Geregeld staan zij paf en zien zij zich gedwongen hun woordenvloed te onderbreken met een welgemeend ‘reutel’, ‘rageugh’ of ‘vlep’. Net als zijn teksten gaf De Smet zijn absurde invallen ook visueel heel gecontroleerd weer. Zijn tekeningen ogen helder en aantrekkelijk, net als die van zijn grote voorbeelden Peyo en Morris. Maar wie goed kijkt ziet te midden van al die vrolijke grote neuzen maniakaal druk arceerwerk opduiken. Zwarte inktwolkjes die wijzen op De Smets duistere kant en suggereren dat de absurditeit van ‘De Generaal’ hem in het dagelijks leven af en toe iets te hartelijk toegrijnsde.
Tijdens de expositie Peter de Smet in de Refter zal die duistere kant ook te zien zijn op enkele pagina’s van De Smets onafgemaakte wrange strip over de Tweede Wereldoorlog. Een blik op de keerzijde van de absurde vrolijkheid van meesterlijke strips als ‘De Generaal’, ‘Joris PK’ en ‘Lodewijk’, die de naam van Peter de Smet als een van de grootmeesters van de Nederlandse strip hebben gevestigd.
Peter de Smet
Refter (Stadhuis), Grote Markt 2