Uitg. Silvester; 46 pl.; kleur; harde kaft; € 14,95
Het nieuwe-kleren-van-de-keizer-principe. Dat is de vermakelijke logica achter het eerste deel van De Bamburgers. De koning van het ministaatje Nordanië denkt samen met zijn ijdele vrouw dat ze de wereld in hun handpalm hebben. Maar dat Nordanië groeit en bloeit komt eerder ondanks dan dankzij het vorstelijk paar.
En dat is een komisch uitgangspunt voor lezers uit de Nederlandse en Belgische constitutionele monarchieën. Met dat basisgegeven houdt de geroutineerde Vlaamse stripmaker Fritz van den Heuvel zijn publiek een lachspiegel voor. In het slaperige Nordanië staat de nationale feestdag voor de deur. De koning kijkt er allesbehalve naar uit – hij gaat liever vissen – terwijl zijn gemaal heur hoofdje breekt over welk halssnoer het volk ditmaal zal mogen aanschouwen. Tot overmaat van ramp komt ook de vorstin uit het naburige Polderland op bezoek. Ze maakt graag van de nationale feestdag gebruik om te bekijken welke fraaie Nordanische plek haar laatste staatsgeschenk heeft mogen innemen. De consternatie is groot wanneer dat geschenk, een aandoenlijk molentje, gestolen blijkt.
De Nordanische vorst aarzelt geen moment en kondigt allerlei draconische veiligheidsmaatregelen af. De satirische parallellen met de hedendaagse obsessie met ‘veiligheid’ zijn duidelijk. Heel soepel en evenwichtig tikt De Bamburgers zo naar een verrassende ontknoping toe. Het verhaal steekt vernuftig in elkaar, er valt een paar keer hardop te lachen en debutant Simon Spruyt tekent het geheel alsof hij sinds de wieg nooit iets anders dan een tekenpen (en het volledige werk van Christophe Blain) in handen heeft gehad.
Heel vakkundig en vermakelijk allemaal. Ongecompliceerd amusement voor jong en oud. Maar het is tegelijkertijd de makke van de strip. Voor een volwassen satire zijn Van den Heuvels grappen niet bijtend genoeg, voor een kinderstrip biedt De Bamburgers – althans in de ogen van deze dertiger – niet genoeg fantasievol vuurwerk. Na het lezen van De Bamburgers komen nostalgische herinneringen aan Fritz van den Heuvels vroegere, wild-absurdistische strips als Operatie Vrouwenhart en Het laatste einde boven. Die strips hebben een onstuimige kolderieke vaart, waar De Bamburgers wel wat meer van zou kunnen gebruiken. In het Nordanië van Simon en Fritz is het nu goed toeven, maar de auteurs zouden de handrem er wel af mogen gooien. Op zich hebben beide stripmakers daar meer dan genoeg talent voor in huis.
Toon Dohmen
Gepubliceerd in ZozoLala (2006)